LELYSTAD-RECHTBANKGebruikt u een deel van uw huurwoning voor uw onderneming, dan kunt u onder voorwaarden daarvoor kosten in aftrek brengen van de winst. Dit heeft de Hoge Raad onlangs beslist. Uit de uitspraak volgt ook welke voorwaarden er gelden en hoe u de aftrek berekent. De uitspraak is van belang voor ondernemers in de inkomstenbelasting, bijvoorbeeld werkend met een eenmanszaak, Vof of maatschap. Het is niet van toepassing voor werknemers en DGA’s.

U heeft recht op aftrek als u het huurrecht van de woning tot uw ondernemingsvermogen rekent. Dit kan als u van uw huurwoning minstens 10% gebruikt voor uw bedrijf, bijvoorbeeld een kamer voor het bijhouden van uw administratie. U mag dan alle huur in aftrek brengen van de winst. U moet hierop echter een correctie aanbrengen vanwege het privégebruik van uw woning. Deze correctie bedraagt in 2016 voor de meeste woningen 1,85% van de WOZ-waarde. Het verschil brengt u dus ten laste van de winst.

Uit de uitspraak volgt niet of u ook bijkomende kosten van de kamer in aftrek kunt brengen. Uit eerdere rechtspraak leiden wij af dat dit kan en dat u een evenredig deel van de overige kosten ook in aftrek kunt brengen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de OZB en verzekeringen.

Gebruikt u dus minstens 10% van uw huurwoning bedrijfsmatig, breng dan kosten in aftrek volgens bovenstaand uitgangspunt. Heeft u dit tot op heden nog niet gedaan, claim de aftrek dan voor dit jaar en voor zover uw aanslagen uit vorige jaren nog niet definitief vaststaan. Naar onze mening is de uitspraak van de Hoge Raad een reden om vanaf dat moment de aftrek met succes te claimen. Dien eventueel een gewijzigde aangifte in of maak bezwaar.