Rechtbank Den Haag oordeelt dat ondernemer niet aannemelijk maakt ten minste 1225 uur aan werkzaamheden voor zijn eenmanszaak te hebben besteed. Zijn urenoverzichten zijn namelijk achteraf opgemaakt en bovendien zijn ze te globaal.
De ondernemer drijft in 2007 een eenmanszaak, is vennoot in een vof en directeur-grootaandeelhouder van twee bv’s. Daarnaast heeft hij ruim 30 panden in eigendom, die hij tot box 3 rekent. Na een boekenonderzoek is in geschil of hij voldoet aan het urencriterium voor de zelfstandigenaftrek en of de inspecteur de winst uit onderneming terecht heeft verhoogd in verband met een omzetcorrectie.
Volgens Rechtbank Den Haag maakt de ondernemer niet aannemelijk dat hij ten minste 1225 uur aan werkzaamheden voor zijn eenmanszaak heeft besteed. Zijn urenoverzichten zijn namelijk achteraf opgemaakt en zijn te globaal. Bovendien is onduidelijk hoeveel tijd hij heeft besteed aan de diverse andere activiteiten, zoals het beheer van zijn panden. De winstcorrectie is terecht, aangezien deze is gebaseerd op de BTW-aangiften van de ondernemer over 2007. Hij stelt vergeefs over dat jaar een suppletieaangifte te hebben gedaan. De inspecteur stelt deze namelijk nooit te hebben ontvangen. Het beroep van de ondernemer is in zoverre ongegrond.
Bron: Pleinplus/Rechtspraak.nl